Alleen in de Goddelijke Wil kan een schepsel acten stellen van liefde, lofprijzing en dank die compleet zijn en volmaakt.

Ik klaagde bij Jezus over Zijn afwezigheid en mijn arme bezwaarde hart, ijlend en vol dwaze gedachten zei: “Mijn Liefde, wat is dit? Bent U vergeten dat ik niet zonder u kan? Ik moet bij U zijn, het zij op aarde, het zij in de Hemel. Moet ik U hieraan herinneren? Als u stil wilt zijn, in slaap, of boos, het zij zo, maar als u maar bij mij bent. Ik voel dat U me uit Uw hart verbannen hebt! Ach! Hoe hebt U het hart om dat te doen?”

Toen ik dit en andere dwaze dingen zei, sprak mijn zoete Jezus die in mij bewoog; “Mijn dochter, wees kalm. Ik ben hier. Je beledigt Me als je zegt dat Ik je uit Mijn hart verbannen heb. Ik heb je in de diepten van Mijn hart, zo dicht bij Me dat Mijn hele wezen in je overvloeit; en jouw wezen vloeit over in Mij. Daarom doe je er beter aan aandachtig te zijn. Anders ontsnapt je iets van Mijn Wezen dat in je overvloeit. Let liever op, dat iedere act van jou is verenigd met Mijn Wil, omdat Mijn Wil acten bevat die compleet zijn. Een act van Mijn Wil is genoeg om duizend werelden te scheppen, alle volmaakt en compleet. Ik hoef geen daaropvolgende acten te stellen. Eén act is voldoende om alles te volvoeren. Dientengevolge geef je Mij, wanneer je de meest eenvoudige act stelt, verenigd met Mijn Wil, een complete act van liefde, van lofprijzing, dank, eerherstel van alles... in feite is alles ingesloten in die act. Zelfs gaat het zo ver dat je Mij insluit in die act, en je geeft Mij aan Mezelf. O ja! Alleen die acten verenigd met Mijn Wil kunnen overeind blijven tegenover Mij.

Alleen acten die volmaakt en compleet zijn geven eer en voldoening aan een wezen, een wezen dat niet weet hoe onvolmaakte acten te stellen. Alleen in Mijn Wil kan een schepsel zulke complete en volmaakte acten vinden. Buiten Mijn Wil zullen zij, hoe goed het schepsel ook handelt, altijd onvolmaakt en niet compleet zijn, omdat een schepsel opeenvolgende acten nodig heeft om een werk af te maken en te vervolmaken, als een schepsel het al volmaakt kan maken! Daarom beschouw Ik alles wat een schepsel doet buiten Mijn Wil als niets. Daarom moet Mijn Wil jouw leven zijn, jouw alles. Dus als Ik Mijn Wil insluit in jou, zul jij in Mij zijn en Ik in jou. En wees niet ongerust dat je zei dat Ik je uit Mijn hart heb verbannen.”